Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat kinderen zich beter ontwikkelen als ze opgenomen zijn in sociale netwerken die groter zijn dan het gezin alleen. Een voorbeeld hiervan is als de verbindingen goed zijn tussen ouders in de buurt en tussen ouders en school, dan presteren kinderen beter en hebben ze meer kans op maatschappelijk succes (De Winter, 2005).

In de eerste levensjaren van een kind worden er meer verbindingen gelegd tussen hersencellen dan in enige andere periode van het leven. In de loop van die eerste levensjaren worden ook verbindingen weer afgebroken, namelijk verbindingen waar geen gebruik van wordt gemaakt. Hoe meer uitdagingen en stimulansen een kind krijgt, hoe meer van deze verbindingen behouden blijven. Deze uitdagingen en stimulansen kunnen door middel van interactie en activiteiten aangeboden worden aan het kind. Met deze gedachte zijn de VVE programma’s door de overheid ontwikkeld.